Persbericht
Het stof in de Orion-gordel uitgeplozen
2 mei 2012
Een nieuwe opname van het gebied rond de reflectienevel Messier 78, even ten noorden van de gordel van Orion, laat zien dat de nevel doorregen is met een ‘parelketting’ van kosmische stofwolken. Bij de waarnemingen, gedaan met de Atacama Pathfinder Experiment (APEX)-telescoop [1], is gebruik gemaakt van de warmtegloed van de interstellaire stofdeeltjes, die astronomen laat zien waar nieuwe sterren worden gevormd.
Stof lijkt saai en oninteressant – een laagje vuil dat de schoonheid van een object aantast. Maar deze nieuwe opname van Messier 78 en omgeving, die de submillimeter-straling van stofdeeltjes in de ruimte toont, laat zien dat stof oogverblindend mooi kan zijn. Stof is van belang voor astronomen, omdat dichte wolken van gas en stof de kraamkamers van nieuwe sterren zijn.
In het midden van de foto staat Messier 78, ook bekend als NGC 2068. In zichtbaar licht waargenomen vertoont dit gebied zich als een reflectienevel, wat betekent dat we de bleke blauwe gloed zien van sterlicht dat door stofwolken wordt weerkaatst. De APEX-waarnemingen (oranje gekleurd) zijn hier over zo’n opname in zichtbaar licht heen gelegd. Gevoelig voor langere golflengten, tonen zij de zachte gloed van dichte, koude opeenhopingen van stof, waarvan sommige nog kouder zijn dan -250 °C. In zichtbaar licht is dit stof donker en verhullend, wat precies de reden is waarom telescopen zoals APEX zo belangrijk zijn voor het onderzoek van stofwolken waarin sterren worden geboren.
Een van de filamenten die met APEX zijn waargenomen, vertoont zich in zichtbaar licht als een donkere stofband die Messier 78 doorsnijdt. Dat betekent dat het dichte stof zich vóór de reflectienevel bevindt en het blauwachtige licht ervan tegenhoudt. Een ander opvallend gebied van gloeiend stof dat met APEX is vastgelegd, overlapt het zichtbare licht van het onderste deel van Messier 78. Het ontbreken van een donkere stofbaan op opnamen in zichtbaar licht vertelt ons dat dit stofrijke gebied achter de reflectienevel moet liggen.
Waarnemingen van het gas in deze wolken laten zien dat uit sommige van de stofconcentraties met hoge snelheid gas wegstroomt. Deze gasstromen worden uitgestoten door jonge sterren-in-wording. Hun bestaat bevestigt dus dat in deze stofwolken actieve stellaire kraamkamers zijn.
Bovenaan de foto is nog een andere reflectienevel te zien: NGC 2071. Waar de gebieden onderaan de foto alleen lichte jonge sterren bevatten, herbergt NGC 2071 een groter exemplaar dat naar schatting vijf keer zo zwaar is als de zon – de heldere kern in de APEX-gegevens.
De APEX-waarnemingen die voor het samenstellen van deze foto zijn gebruikt, stonden onder leiding van Thomas Stanke (ESO), Tom Megeath (University of Toledo, VS) en Amy Stutz (Max-Planck-Institut für Astronomie, Heidelberg, Duitsland). Voor meer informatie over dit gebied zoals dat op zichtbare golflengten wordt waargenomen, inclusief de onlangs ontdekte – en zeer veranderlijke – McNeil-nevel, zie eso1105.
Noten
[1] APEX is een samenwerkingsproject van het Max-Planck-Institut für Radioastronomie (MPIfR), het Onsala Space Observatory (OSO) en ESO. Het beheer van de telescoop op Chajnantor is toevertrouwd aan ESO. APEX is een voorloper van de (sub)millimetertelescoop van de volgende generatie, de Atacama Large Millimeter/submillimeter Array (ALMA), die op dezelfde hoogvlakte wordt gebouwd en beheerd.
Meer informatie
Het jaar 2012 staat in het teken van de vijftigste verjaardag van de oprichting van de Europese Zuidelijke Sterrenwacht (ESO). ESO is de belangrijkste intergouvernementele astronomische organisatie in Europa en de meest productieve sterrenwacht ter wereld. Zij wordt ondersteund door vijftien landen: België, Brazilië, Denemarken, Duitsland, Finland, Frankrijk, Italië, Nederland, Oostenrijk, Portugal, Spanje, Tsjechië, het Verenigd Koninkrijk, Zweden en Zwitserland. ESO voert een ambitieus programma uit, gericht op het ontwerpen, bouwen en beheren van grote sterrenwachten die astronomen in staat stellen om belangrijke wetenschappelijke ontdekkingen te doen. Ook speelt ESO een leidende rol bij het bevorderen en organiseren van samenwerking op astronomisch gebied. ESO beheert drie waarnemingslocaties van wereldklasse in Chili: La Silla, Paranal en Chajnantor. Op Paranal staan ESO’s Very Large Telescope (VLT), de meest geavanceerde optische sterrenwacht ter wereld, en twee surveytelescopen: VISTA werkt in het infrarood en is de grootste surveytelescoop ter wereld en de VLT Survey Telescope is de grootste telescoop die uitsluitend is ontworpen om de hemel in zichtbaar licht in kaart te brengen. ESO is ook de Europese partner van de revolutionaire telescoop ALMA, het grootste astronomische project van dit moment. Daarnaast bereidt ESO momenteel de bouw voor van de Europese Extremely Large optical/near-infrared Telescope (E-ELT), een telescoop van de 40-meterklasse die ‘het grootste oog op de hemel’ ter wereld zal worden.
Links
Contact
Thomas Stanke
ESO
Garching, Germany
Tel: +49 89 3200 6116
E-mail: tstanke@eso.org
Douglas Pierce-Price
ESO ALMA/APEX Public Information Officer
Garching, Germany
Tel: +49 89 3200 6759
E-mail: dpiercep@eso.org
Rodrigo Alvarez (press contact België)
ESO Science Outreach Network
en Planetarium, Royal Observatory of Belgium
Tel: +32-2-474 70 50
E-mail: eson-belgië@eso.org
Over dit bericht
Persberichten nr.: | eso1219nl-be |
Naam: | M 78, Messier 78, NGC 2068, Orion |
Type: | Milky Way : Nebula : Appearance : Reflection |
Facility: | Atacama Pathfinder Experiment |